Een kathedraal uit zeecontainers. Interview met Jasper de Beijer

 

Dit is de situatie. We bevinden ons ergens in de toekomst. Ver, nabij, dat maakt niet uit. Feit is dat grote delen van Duitsland in puin liggen en mensen zijn begonnen met de wederopbouw, niet alleen van de steden en belangrijke gebouwen, ook van hun culturele identiteit – wat die dan ook moge inhouden. Kunstenaar Jasper de Beijer heeft zich opgeworpen als bedenker en chroniqueur van deze toestand. In zes grote fotocollages brengt hij de puinhopen in kaart en de manmoedige manieren waarop die worden hersteld.

 

Wir sind das Gedächtnis #01, 2013 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

Wir sind das Gedächtnis #01, 2013 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

 

Kijk, hier is men begonnen aan een nieuwe kathedraal, de plek waar nu de Frauenkirche van Dresden staat. Het is een vrolijk, eclectisch houwtjetouwtjeding geworden, opgebouwd uit oude stukken van de vernietigde kathedraal van Neurenberg, de toren van die uit München, zeecontainers en houten pallets. Zware onderdelen worden door middel van een Middeleeuws aandoende hijskraan omhoog getakeld. En daar, nabij de Poolse stad Wroclaw, stortte een vliegtuig neer. Het wrak doet nu dienst als Bierstube, de stoelen zijn naar buiten gesleept, de romp versierd met Beiers vakwerk.

 

Wir sind das Gedächtnis #06, 2013 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

Wir sind das Gedächtnis #06, 2013 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

 

Wacht even. Beiers vakwerk in Polen? Een kathedraal uit zeecontainers? Jasper de Beijer haalt zijn schouders op. ‘Ja’, zegt hij, ‘weten die mensen veel. Ze gebruiken gewoon wat ze voorhanden hebben en wat ze kennen. Ze proberen iets nieuws te bouwen en grijpen terug op het verleden’. Ze – dat zijn dus de bewoners van het aan puin gebombardeerde Duitsland, maar eigenlijk is dat natuurlijk De Beijer zelf, die deze fictieve werkelijkheid heeft opgeroepen en er, nadat hij er een jaar lang aan heeft gewerkt, zelf een ietsepietsie in is gaan geloven. ‘Super grappig’ vindt hij het, dat ‘ze’ dat vliegtuigcafeetje bouwden en bloembakken ophingen. Lachend: ‘Je moet je natuurlijk wel verplaatsen in je alter ego’s’.

Wir sind das Gedächtnis heet zijn serie, wat zoveel betekent als ‘wij zijn de herinnering’. De Beijer bedacht het project toen hij drie weken door Duitsland reisde, langs belangrijke historische plekken – Neurenberg, Dresden, Wroclaw, Beieren – onderwijl mijmerend over het abstracte begrip ‘identiteit’.

Hij dacht: ‘Hoe concreet is dat nou?’ In Berlijn bezocht hij de Dom. Die is na de Tweede Wereldoorlog ‘steentje voor steentje’ weer opgebouwd, precies zoals ie ooit was. Maar hij bezocht ook Wroclaw, een stad die eeuwenlang Duits was en Breslau heette, met Duitse standbeelden en Duitse huizen. In de oorlog schoof de grens tussen Duitsland en Polen op en sindsdien hoort de stad bij Polen. ‘Hup: al die Duitse beelden eruit, Poolse beelden erin. Net zo makkelijk. Identiteit is blijkbaar iets wat je in kunt vullen, een lege huls.’

Toen was de beer los. De Beijer, die in al zijn projecten (en dat zijn er indrukwekkend veel) aan de haal gaat met de beeldvorming van grote historische gebeurtenissen en thema’s en die vervolgens op de spits drijft in grote, tot in de puntjes geconstrueerde spektakelfoto’s en films, stelde zich een land voor waarvan de bewoners vanuit het niets hun eigen aanzien moeten reconstrueren. Hij begon te fotograferen: lege plekken, gevels, deuren, bomen, wolkenluchten, lantaarnpalen, sculpturen, tot hij een archief had van 6000 foto’s. Een database van digitale blokjes, als de duizenden steentjes van de Berliner Dom. Hij is ‘als de bliksem’ gaan bouwen. En werd daarbij noch gehinderd door een gebrek aan fantasie, noch door een al te zeer opspelend historisch geweten.

Op de computer smeedde hij landschappen aan elkaar. Hij maakte 3D-modellen en plakte daar zijn foto’s overheen. Hij gebruikte een stuk grond uit het ene deel van Duitsland, een gebouw uit het andere, ornamenten voegde hij vrijelijk toe. Het water in Dresden werd voorzien van boten uit oude zwart-wit foto’s, de huizen aan de kant van gekleurde was en vrolijke, provisorische tentjes. Dat laatste doet nogal on-Duits aan.

‘Ja, dat is bijna een Ghanese sloppenwijk hè? Daar heb ik gezien hoe dat gaat, als mensen heel individueel en ad hoc maar wat bouwen. Dat idee wilde ik toepassen.’ Maar het is ook weer niet zo dat hij niet maalt om historische nauwkeurigheid. De Beijer, die zich naar eigen zeggen sinds zijn achtste al ‘helemaal ziek’ leest over geschiedenis, samplet graag, maar niet alleen omdat het nu eenmaal kan met de huidige techniek. Die kleuren en dat ‘sloppenwijkachtige’ komen wel degelijk voor in het zuiden van Duitsland – ga maar kijken in het Tiroler Volkskunstmuseum in Innsbruck, net over de grens in Oostenrijk. ‘Het is fokking Brazilië daar: alles zo barok en ornamenteel. Bizar gewoon. Het is práchtig.’

Het bouwen en het uiteindelijk met een computerpennetje handmatig inkleuren van de ‘foto’s’, zodat ze deden denken aan oude prentbriefkaarten – dat was veel werk, maar niet al te moeilijk. Het lastigste: aantonen dat het hem niet alleen om nostalgie ging, of om het schetsen van een donker, apocalyptisch toekomstvisioen.

‘Het gaat om de energie van het opnieuw beginnen. Om de veerkracht en de inventiviteit van mensen nadat alles in elkaar is gestort. Dat ze gewoon meteen weer aan de slag gaan. Ze denken wel na over hun culturele identiteit, maar ze houden er niet koste wat kost aan vast. En dan blijft het altijd bloeien.’

 

Wir sind das Gedächtnis #02 , 2013 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

Wir sind das Gedächtnis #02 , 2013 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

Jasper de Beijer: Wir sind das Gedächtnis.

Tot en met 5 maart bij galerie Nouvelles Images, Den Haag.

Gepubliceerd op vrijdag 24 januari 2014 in de Volkskrant.

Wir sind das Gedächtnis #04, 2013 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

Wir sind das Gedächtnis #04, 2013 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

 

IMG_6810

 

‘Dit is een fantasiemuseum. Ik heb het zelf gebouwd, in 3D. Het is samengesteld uit losse onderdelen, net als de voorwerpen die erin staan en die overal vandaan zijn gehaald, de zogenaamde overblijfselen van een Duitse culturele identiteit. De vloer (1) komt uit een museum in Dresden. De drie vlaggen (2) zijn in Breslau gefotografeerd. De man met de tooi (3) komt uit het Tiroler Museum in Innsbruck, net als de engel in het midden (4), de Maria bij het raam (5) en de staande klok (6). De sculptuur met de boot (7) is een miniatuur van een beeld dat op een plein in Neurenberg staat. De ridder links (8) komt uit Praag. De bronzen ridder daarachter (9) is afkomstig van het praalgraf van Keizer Maximiliaan in Innsbruck. Het paard (10) is afkomstig uit het Stadtmuseum Ingolstadt. Het behoorde ooit tot de beroemde Zweedse koning Gustav Adolf, maar het werd 500 jaar geleden onder hem vandaan geschoten. Toen hebben ze het opgezet en nu staat het daar nog steeds. Het is het topstuk van het museum.’

 

Wir sind das Gedächtnis #06, 2013 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

Wir sind das Gedächtnis #06, 2013 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

 

IMG_6809

 

‘De foto is gemaakt op een braakliggend terrein in Wroclaw (voorheen Breslau), Polen. Het vliegtuig (1) is van Lufthansa, het is een cityhopper. Paulaner (2) is een biermerk dat uit München komt. De tekst op het vliegtuig (3), “Auf dem alten Grunde Neues bauen jede Stunde”, is gefotografeerd in Goslar, midden Duitsland. De tekst en de ornamenten op de wagon (4) komt van een poster uit 1896, een aankondiging van de grootste en bekendste industriële tentoonstelling in Berlijn. De gebouwen helemaal achterin (5) haalde ik uit foto’s van het verwoeste Dresden in 1945. Het houten huisje (6) verzon en bouwde ik zelf.’

 

***

Voor zijn geconstrueerde beelden is kunstenaar Jasper de Beijer (40) afhankelijk van de computer. Maar er komt ook veel handwerk bij kijken. Hij tekent, schildert, maakt maquettes en poppen. Al die elementen komen terug op zijn foto’s. Dat zijn de uiteindelijke kunstwerken, omdat een foto de schaal van een maquette of een pop doet verdwijnen. ‘Op een foto kan het zo groot zijn als je zelf wil. Dan kun je je fantasie gaan gebruiken. Mijn werk is geslaagd wanneer mensen denken dat de wereld die ik oproep buiten de kaders gewoon doorloopt.’

 

Udongo #07, 2009 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

Udongo #07, 2009 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

 

Heroes and Ghosts #02 , 2006 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

Heroes and Ghosts #02 , 2006 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

 

Half Caste #05, 2010 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

Half Caste #05, 2010 © Jasper de Beijer / courtesy Nouvelles Images

 

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s