‘Een geur is eerlijk.’ Ontmoeting met Peter de Cupere (uit de oude doos)

Nu mensen dankzij covid (tijdelijk) hun reukvermogen verliezen, wil ik een kleine ode brengen aan de neus. In de zomer van 2008 bracht ik een bezoek aan het atelier van de Antwerpse kunstenaar Peter de Cupere. Hij leidde me rond door zijn geurenarchief.

Dit stuk komt dus van zolder, waar het ruikt naar papier en knutselspullen, naar mottenballen en de verzameling oude hotelzeepjes van oma. Het verscheen op 13 augustus 2008 in de Volkskrant.

Van de Instagrampagina van Peter de Cupere

‘Amai, wat ruikt ge sexy!’ Tja, dat komt ervan als je een druppeltje NanoLove parfum in je hals sprenkelt. Dat is niet zomaar parfum, het is ‘nanofume’, opgebouwd uit feromonen die je nauwelijks bewust ruikt, maar waar je wel onmiddellijk op reageert. Lokstof is het, en voordat u roept: ‘Wat is dít nu weer?’ – het sprenkelen maakte deel uit van gedegen onderzoeksjournalistiek.

NanoLove werd gecreëerd door Peter de Cupere (1970), beeldend kunstenaar uit Mortsel, een gemeente tegen Antwerpen aangeplakt. Het is een kunstproject waarin hij wilde bestuderen hoe mensen door middel van geur tot elkaar worden aangetrokken. ‘Can Nano Create Love?’, zo luidt de slogan van het project.

De Cupere werkt voornamelijk met geur. Wat niet wil zeggen dat hij een ‘geurkunstenaar’ is. ‘Ik ben beeldend kunstenaar’, zegt hij. ‘En mijn medium is geur, zoals dat voor een ander misschien verf is.’

En zoals een ander atelier dus wellicht onder de verfspatten zit, zo is dat van Peter de Cupere ondergedompeld in allerlei geuren. Hij heeft voor de gelegenheid zijn archief op grote tafels uitgestald. Zijn zeepschilderijen, ‘tekeningen’ van verschillende soorten parfum, diverse schimmels – de meeste ervan zijn kunstwerken (zijn zeepschilderijen hebben altijd goed verkocht), maar tegelijkertijd dienen ze als experimenten.

De tijd moet eroverheen gaan, opdat De Cupere precies kan zien hoe de verschillende scheikundige processen zich ontwikkelen. Tot dan liggen de objecten hier geur uit te wasemen, een wasachtige zeepgeur voornamelijk, vermengd met luchtjes die minder makkelijk thuis zijn te brengen.

Peter de Cupere bij zijn werk The Smell of a Stranger, 2015.
Foto: Frederik Buyckx

In een kabinetje ergens in zijn gigantische atelierruimte, voorheen houtopslag en loodgieterij, bewaart de kunstenaar geuren in flessen. Pas gemaaid gras, gedestilleerd en op alcohol gezet, en zo scherp dat het prikt. Dille. Pepermunt. Riolering. Die laatste geur is zo overweldigend goor, dat De Cupere niet eens de stop uit de hals van de fles hoeft te halen. Binnen enkele seconden is de kleine ruimte gevuld met een stank die in je neus gaat zitten en er niet meer uit wil.

Het geurenarchief strekt zich zelfs uit tot in de badkamer, waar zich tientallen parfumflesjes en allerlei soorten doucheschuim bevinden. ‘Ach’, verzucht De Cupere, ‘wc-verfrissers – daar heb ik ook ooit een hele verzameling van aangelegd.’

Zijn archief bestaat echter niet alleen uit geuren. In de computer bewaart hij mapjes met foto’s voor later gebruik, keurig geordend op onderwerp. Bloemen. Snoepjes. Fruit. Wc-potten. Urinevlekken op straat.

En de 22 duizend foto’s die hij twee jaar lang nam van een installatie met duizend verschillende schimmels (1997-99). Om te kijken welke kleuren die schimmels kregen. En om er vervolgens een spectaculair schilderij mee te maken, waarop een kitscherig groen landschap langzaam evolueerde tot een zwartgeblakerd industrieel terrein (Evolution Painting).

Maar misschien zit het grootste en best geordende archief wel gewoon in het hoofd van Peter de Cupere. Hier bewaart hij zijn ‘mentaal archief’, bestaande uit alle geuren die hij ooit rook. Want ruiken – dat doet hij al praktisch zijn hele leven. Vanaf het moment dat hij ‘als klein kindje angst kreeg’ om blind te worden, ontdekte hij de kracht van geuren. ‘Een geur is eerlijk’, zegt hij. ‘Een geur verraadt.’

Vandaar dat hij regelmatig zomaar aan mensen begint te snuffelen. ‘Men vindt het vaak gek’, lacht De Cupere. ‘Maar ik ben inmiddels zo geoefend, dat ik geuren van mensen van lang geleden zo kan oproepen.’

Plaats een reactie