Fotografie als ‘bewijs’ voor een onwaarneembare dreiging. Het hoogtepunt van Paris Photo

 

Was Paris Photo een geliefde, dan een van de grilligste soort. Niet op komen dagen wanneer je staat te trappelen en dan onverwachts romantisch opduiken met een ticket naar de maan – dat werk. Welnu, dit jaar is de beroemde jaarlijkse fotobeurs in een gulle bui. Was ze vorig jaar in de ban van de crisis, waardoor de meeste galeriehouders op veilig speelden met voorspelbaar en goed verkoopbaar (lees: saai) werk, nu lijkt het ineens of die galeriehouders onbewust collectief, als een mierenkolonie, met elkaar hebben afgesproken dat ze gewoon doen waar ze zin in hebben, treurige uitzonderingen uiteraard daargelaten. Er is zowaar wat ruimte voor experiment onder de glazen stolp van het imposante Grand Palais, sinds drie jaar de behuizing van Paris Photo.

Het grappige is dat een paar van de leukste verrassingen regelrecht uit de archieflades komen. Waarschijnlijk houden ook fotografiehandelaren het modenieuws goed in de gaten, want er is opvallend veel rauwe zwart-wit straatfotografie uit de jaren zestig, zeventig en tachtig, waarin de punk een grote rol speelt, net als nu in de kledingwinkels. Eric Franck Fine Art uit Londen wijdde zelfs een hele buitenmuur aan de rauwe serie Punks van Karen Knorr en Olivier Richon, 36 jaar geleden gemaakt en opvallend nieuwerwets. Binnen in de stand hangt ook nog een mooie reeks van Markéta Luskacová, een Tsjechische fotograaf, die in diezelfde jaren zeventig met veel tederheid het leven van Londense straatmuzikanten vastlegde.

 

 

Jacques Sonck, Untitled, Ghent, 1986

Jacques Sonck, Untitled, Ghent, 1986

 

 

Jacques Sonck, Untitled, Ghent, 1986

Jacques Sonck, Untitled, Ghent, 1986

 

 

En wat was het fijn geweest wanneer Fifty One Fine Art Gallery uit Antwerpen alle muren had gevuld met de foto’s van Jacques Sonck (ontroerende, archetypische portretten uit de jaren tachtig van voorbijgangers in de straten van België) in plaats van je veel te snel het brave werk van de Engelse fotograaf Tom Butler voor te schotelen. Zijn meest recente project past goed bij dat van een hoop andere wanhopig aandoende collega’s die schijnbaar de behoefte hebben om allerlei gekunstelde esthetische lagen aan de fotografie toe te voegen, in dit geval: de gezichten van oude Victoriaanse portretten verstoppen onder minutieuze en kleurrijke kleine gouaches. Knap gedaan, het ziet er mooi uit, maar dat is het dan ook. Je hoopt toch dat Butler c.s. zichzelf rap aan de haren uit deze vermoeiende metafase omhoog weten te trekken.

 

 

James Butler, Cabinet Cards, 2010-2013

James Butler, Cabinet Cards, 2010-2013

 

 

Nee, dan het oeuvre van Horst Ademeit (1937-2010), te zien bij Galerie Susanne Zander uit Keulen. Die wílde niet eens kunstenaar zijn, vertelt een medewerker van de galerie, die voor het eerst op Paris Photo aanwezig is en gespecialiseerd is in outsiderkunst, dat wil zeggen kunst die buiten het officiële kunstcircuit werd gemaakt, vaak niet eens met een kunstpubliek voor ogen. Voor Ademeit was het obsessief vastleggen van alledaagse informatie door middel van polaroids, en later digitale fotografie vanaf de vroege jaren tachtig, bittere noodzaak. Hij was er namelijk van overtuigd dat zijn wereld op Kafkaïaanse wijze werd bedreigd door een bepaalde ruimtestraling en dacht dat hij die zou kunnen bezweren met fotografie.

Het resultaat was een archief van duizenden polaroids en sticks met digitale bestanden, waarvan nu een deel in Parijs te zien is. Het werk is adembenemend. Ademeit fotografeerde elke dag de voorpagina van de krant, samen met geigermeters, klokken en andere meetapparatuur, hield dagenlang een geheimzinnige barst in het asfalt in de gaten en maakte in een krankzinnig kriebelig handschrift aantekeningen op het witte gedeelte van zijn polaroids. Fotografie als ‘bewijs’ voor een onwaarneembare dreiging – het is, hoe onbedoeld ook, één van de hoogtepunten van Paris Photo.

 

 

Horst Ademeit bij galerie Susanne Zander uit Keulen

Horst Ademeit bij galerie Susanne Zander uit Keulen

 

 

Horst Ademeit bij galerie Susanne Zander uit Keulen

Horst Ademeit bij galerie Susanne Zander uit Keulen

 

 

Met zulke presentaties zou je bijna vergeten dat dit een beurs is. Eh, verkóópt dit werk ook, Galerie Susanne Zander? ‘Het ís te koop’, zegt medewerker Monika Koencke diplomatiek. De reacties op de foto’s zijn erg verschillend, vertelt ze. De galerie werd al twee jaar geleden door directeur Julien Frydman uitgenodigd om aan de beurs deel te nemen, maar twijfelde lang over deelname, omdat het gepresenteerde werk niet helemaal beantwoordt aan wat de standaard bezoeker van een fotobeurs verwacht. Nu de stand eenmaal is ingericht, is het fijn om er te zijn, zegt Koencke. Maar het publiek van Paris Photo, en dan bedoelt ze vooral het kapitaalkrachtige gedeelte, is volgens haar ‘behoorlijk conservatief’.

Des te meer reden om wat extra punten toe te kennen aan Julien Frydman, die sinds drie jaar aan het roer staat van de beurs, en blijkbaar actief op zoek is naar een wat experimentelere koers, hoe bescheiden die ook (nog) mag zijn. Hij had eerder al punten gekregen voor het introduceren van twee nieuwe beursonderdelen: de aandacht voor een belangrijke fotografieverzamelaar en de presentatie van de nieuwste aankopen van steeds drie verschillende fotografie-instellingen. Vooral dat eerste gedeelte, de verzameling van de Duitse Harald Falckenberg, pakte dit jaar prachtig uit. Falckenberg richt zich op geëngageerde, tikje cynische en dwarse kunst met – heee – punkinvloeden, zoals die van collagemakers Albert Oehlen en Astrid Klein.

 

 

Astrid Klein: And every woman acts like even man's dream of the "perfect" wife, 1980

Astrid Klein: And every woman acts like even man’s dream of the “perfect” wife, 1980

 

 

Astrid Klein: And realize that any moment, any second her turn is coming, 1980

Astrid Klein: And realize that any moment, any second her turn is coming, 1980

 

 

Bij grillige geliefden biedt het verleden nooit garantie voor de toekomst. Maar je mag toch hopen dat het niet bij deze flirt blijft.

 

 

Paris Photo 2013. T/m 17 november in Grand Palais, Parijs.

Gepubliceerd op 15 november 2013 in de Volkskrant

 

 

Er stond dit jaar maar één Nederlandse galerie op Paris Photo: Flatland uit Amsterdam, die ondermeer het werk van Jaap Scheeren en Rob Hornstra toonde. Dat betekende niet dat er niet meer Nederlandse fotografen te vinden waren. Martin Roemers werd vertegenwoordigd door East Wing uit Dubai; Viviane Sassen door Stevenson uit Zuid-Afrika; Anaïs López door Galerie du Jour Agnès B; Bertien van Manen bij Robert Morat uit Hamburg. Bovendien stonden de Nederlandse galeries Ravestijn, Pennings, De Expeditie, Foam Editions en Unlimited Grain Gallery op de alternatieve fotobeurs Fotofever, in de kelders van het Carrousel du Louvre. Ook op Offprint, de beurs voor fotografie- en kunstboeken, waren Nederlandse fotografen te vinden, onder wie Charlotte Dumas met haar nieuwste boek The Widest Prairies.

 

 

Het nieuwste werk van Viviane Sassen bij Stevenson uit Kaapstad / Johannesburg

Het nieuwste werk van Viviane Sassen bij Stevenson uit Kaapstad / Johannesburg

 

3 thoughts on “Fotografie als ‘bewijs’ voor een onwaarneembare dreiging. Het hoogtepunt van Paris Photo

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s