Ik denk liever niet aan de mensen die ooit deze kledingstukken bewoonden. Niets weet ik van hun lijven, hun huid, hun haar. En ik probeer me ook niets voor te stellen, al is dat lastig wanneer ik kijk naar dat lieflijk gebloemde zomerjurkje waarvan de rits nog helemaal intact is.
Die rits komt automatisch met bewegend beeld dat niet te stoppen valt. Ik zie een hand die een gordijn van lang zwart haar opzij schuift waardoor een meisjesnek zichtbaar wordt. Een andere hand die voorzichtig de rits omhoog trekt, waarna het zwarte gordijn weer terugzwiept. Einde voorstelling.
Op 6 augustus 1945 om kwart over acht in de ochtend viel de atoombom op Hiroshima. 78 duizend mensen kwamen in een lichtflits om het leven. Ik lees dat zich een vuurbal vormde van enkele honderd meters doorsnee. En dat het onder die vuurbal zeker 4000 graden Celcius was.
Niets weet ik van de eigenaar van deze schoenen. Behalve dat hij ze op de ochtend van 6 augustus 1945 had aangetrokken en er waarschijnlijk op naar zijn werk liep toen de gamma- en infraroodstralen gaten in de stad vraten.
Hoe is het mogelijk dat die schoenen er nog zijn? Hoe kan het dat de verstelde blauwe kimono er nog is? En de stippenbloes, de geruite jurk, de rok met roze bloemen, de wollen kousen – hoe kan het dat die witte wollen kousen er nog zijn? Waren de omstandigheden niet zo vreselijk, dan zou je de ontwerpers en de textielfabrikanten willen feliciteren met de uitmuntende en duurzame kwaliteit van hun kledingstukken.
In het Hiroshima Peace Memorial Museum worden zo’n 19 duizend voorwerpen bewaard die de bomaanslag hebben ‘overleefd’. Horloges waarvan de wijzers op kwart over acht zijn blijven steken. Speelgoed. Sieraden. En kleding van slachtoffers. Fotografe Ishiuchi Mikayo maakte uit die laatste categorie een selectie en legde die op een tafel met een lichtbak. Het licht schijnt door de gaten en kieren in de stof, benadrukt de afwezigheid van hen die er ooit huisden.
Sommige van de stoffen doen me denken aan de ontwerpen van Akira Minagawa, de ontwerper achter het Japanse label minä perhonen. Er schuilt eenzelfde soort liefde voor eenvoud in, voor natuurlijke patronen en heldere kleuren. Eenzelfde soort bestendigheid, de textielindustrie in Japan al sinds eeuwen zo eigen.
‘Ik wil dat mijn label 100 jaar blijft bestaan’, zei Minagawa in 2005. Dat zoiets kan, bewijzen de kledingstukken van Hiroshima. Bescherming bood de eindeloos opgelapte kimono zijn drager niet op het moment dat het in Hiroshima as regende. Goed beschouwd was het ding een verrader, het koos op het laatste moment voor zichzelf. Maar ruim zestig jaar later fluistert die kimono – voor wie het horen wil – nog steeds het verhaal van zijn eigenaar. Kon hij huid en haar niet behouden, dan toch de herinnering eraan.
Alle foto’s van © Ishiuchi Miyako zijn afkomstig uit Foam Magazine #25 Traces
Foto op de homepagina: Marie-Ange Guilleminot, ‘Kimono memories of Hiroshima’, 2005. ‘The White Clothes of Hiroshima’, 1998
Pingback: atomic bomb effects