Toen Susie een jaar of elf was, deed ze mee aan een schoolconcert in Judson Hall. Manhattan. New York City. De jaren vijftig waren net van start gegaan en Susie wilde schitteren. Daar hoorden nieuwe kleren bij.
Haar grootouders, Joe en Rose, waren beiden vaardig met naald en draad. Susie was lange tijd hun enige kleinkind, en dat was te zien. Toen ze nog maar een kleuter was, maakte Joe voor Susie een winterjasje, afgezet met stukjes bont. Haar handen bleven warm in een mof. Het kind droeg baretten, Franse stijl.
‘I was the best-dressed kid on the street’, zegt Susie. En tijdens het schoolconcert zou ze vanzelfsprekend iets dragen dat door haar grootouders was gemaakt.
Een week voor het concert reisden Joe en Rose met de metro vanuit The Bronx, waar ze al jaren woonden, naar Manhattan. In de tas van Rose zat de outfit waar ze samen lang aan hadden gewerkt: een strokenrokje van paarsblauw zijden taffeta met een blousend topje van dezelfde stof. Susie wilde schitteren? Aan haar kleding zou het in elk geval niet liggen. Een heus two-piece zou ze dragen – en nu maar zien of het paste, hoe het stond.
Susie weet het nog als de dag van gisteren. Iedereen keek opgewonden toe hoe Rose de outfit tevoorschijn haalde. Ze hield haar adem in bij het zien van het diepe paarsblauw. Maar in de tas zat, tot verbijstering en horror van de arme grootouders, alleen de rok. Het topje was nergens te vinden.
Zijden taffeta is glad en licht. Draag het en je denkt dat je niets aanhebt. Probeer het te pakken en het glibbert uit je handen. Misschien dat Rose het pakje onderweg uit haar tas had gehaald om de stroken glad te strijken, een laatste keurende blik te werpen op de zomen. Blijkbaar had ze niet gemerkt dat het topje, dat verraderlijke kreng, op de metrovloer was gegleden.
Nu was ze in tranen. En Joe? ‘Not a happy camper, I can tell you that’, zegt Susie.
De grootouders reisden ietwat uit het lood geslagen terug naar The Bronx. Maar ze lieten zich niet kennen. ‘Oh no, they didn’t’, zegt Susie. De week daarna zat ze in Judson Hall achter de piano. Ze droeg een rok én een blouse van blauwpaars zijden taffeta. Gedurende de hele metrorit naar Manhattan had Rose haar tas potdicht gehouden. Het applaus voor haar kleindochter voelde ongetwijfeld alsof het ook een beetje voor haar en Joe bedoeld was.