Ik speelde politietje met mijn zoon. Ik moest zowel een mevrouw spelen die geld had opgeraapt van de straat dat niet van haar was, als een mevrouw die deze eerste mevrouw met haar wandelstok op het hoofd had geslagen, áls de vrouwelijke groenteboer (door mijn zoon ‘groenteboerin’ genoemd) die alles had gezien. Het was behoorlijk verwarrend, maar na afloop mocht ik het politieverslag lezen. Toen bleek het eigenlijk vrij simpel.